Een kok plukt een kip (повар ощипывает курицу; plukken – срывать, собирать: bessen plukken – собирать ягоды; ощипывать) en stopt ze in een pan (и кладет ее на сковороду; stoppen – штопать; сунуть) maar hij vergeet het vuur onder de pan aan te steken (но он забывает зажечь огонь под сковородой; aansteken – зажечь, разжечь). Na een kwartier komt de kip naar de kok gewandeld en zegt boos (через четверть /часа/ подходит курица к повару: «приходит курица, гуляя, к повару» и говорит зло = сердито; wandelen – гулять, бродить):
– Zeg, ofwel geef je mij mijn veren terug (эй, или отдавай назад мои перья) ofwel steek je het vuur aan (или же запаливай огонь). Ik bevries van de kou (я замерзаю от холода)!
Een kok plukt een kip en stopt ze in een pan maar vergeet het vuur onder de pan aan te steken. Na een kwartier komt de kip naar de kok gewandeld en zegt boos:
– Zeg, ofwel geef je mij mijn veren terug, ofwel steek je het vuur aan. Ik bevries van de kou!